Europees geld ontketent groene revolutie op Chemelot

Startup ETB Global, gevestigd op Brightlands Chemelot Campus, krijgt een subsidie van ruim 4,4 miljoen euro uit het Europese Just Transition Fund (JTF). Bijna de helft hiervan, 2 miljoen, komt van het Rijk. Hiermee gaat het bedrijf een testfabriek bouwen waar bio-butadieen uit bio-ethanol, oftewel alcohol, wordt gemaakt. Butadieen is een belangrijke grondstof voor rubber. Deze grondstof wordt nu nog met een energie slurpend proces door naftakrakers uit aardolie gehaald.

“Rubber zit namelijk in tal van producten. Denk aan kinderspeelgoed, latex handschoenen, lego of je autosleutel”, legt Ernest Lempers, CFO van ETB Global uit. “Als we butadieen, de grondstof voor rubber niet meer uit ruwe aardolie halen, maar uit alcohol, betekent dit een gigantische stap voor het klimaat. Jaarlijks veroorzaakt de productie van butadieen uit fossiele brandstoffen 60 kton CO2. Om deze uitstoot teniet te doen is een bos zo groot als Canada nodig.”

CO2-uitstoot

Ernest Lempers en zijn compagnon Noa Hirsch Trembovolsky zijn in 2013 hun bedrijf gestart en zetten alles op alles om hun bijdrage te leveren aan het verkleinen van de CO2-uitstoot. “We hebben eigen geld in ons bedrijf zitten en zijn blij met de JTF-subsidie, want investeringen in de petrochemie zijn groot. Toekenning van een Europese subsidie helpt om investeerders over de streep te trekken. Bovendien verliezen we geen snelheid in het project en dat is maar goed ook, want klimaatverandering gaat razendsnel. Volgens de laatste voorspellingen komen we uit op een stijging van drie graden tegen het einde van deze eeuw. De prijs van die stijging overtreft vele malen de investeringen die we nu moeten doen in nieuwe technologieën. Vervanging van butadieen uit fossiele brandstoffen is mogelijk, dus moeten we het ook doen. En het mooie is, de bio-butadieen is een drop-in. De bestaande machines die nu fossiel-gebaseerd butadieen omzetten in allerlei producten kunnen straks een op een over op ons bio-butadieen.”

Testfabriek

Ernest Lempers vertelt dat er al veel werk is verzet en dat met de JTF-subsidie en investeringen door marktpartijen een testfabriek zal worden gebouwd. “Hier voeren we de laatste testen voor de commercialisatie van de technologie uit. Alles wat we in het laboratorium afzonderlijk hebben getest, wordt nu op grote schaal achter elkaar getest. We werken met een katalysator, waardoor we op lagere temperatuur – dus met minder energie – kunnen werken. Om dit proces in de markt te zetten zijn we ook in overleg met een technische marktpartij, zo’n stap kun je als start-up niet alleen zetten. We werken overigens ook samen met diverse universiteiten, want het testen door derden is belangrijk bij dit soort innovaties. Daarnaast zijn we bezig met aanvragen van enkele patenten. Kortom, het gaat er nu om dat we de laatste risico’s uit het proces halen.”

Commerciële fabriek

Een van de zaken die ETB Global nog moet finetunen is het op elkaar afstemmen van de drie reactors, waarvan er twee continu in bedrijf zijn. ‘’Het is dus een roulerend systeem. Hoeveel tijd heeft een katalysator bijvoorbeeld nodig om te regenereren? Eind 2024 beginnen we met de bouw van de testfabriek. We zitten nu in de designfase, de laatste fase voor de bouw. Ons doel na de testfabriek is dat er in 2026 een commerciële fabriek wordt gebouwd, waar onze technologie draait; een zogenaamde flagship plant. Dan kunnen we de licenties voor onze technologie in de markt gaan zetten.”