Om de teelt van mais in de provincie Brabant te verduurzamen/toekomstbestendiger te maken zijn we in 2017 gestart met het project Grondig Boeren met mais.
Het project kent inmiddels vele volgers en loopt voortvarend wat betreft gerealiseerde bijeenkomsten, interesse bij de praktijk, gevoerde discussies, lezers van de nieuwsbrieven etc.
Het besef dat het anders moet en kan begint nu pas. Zeker door de aanscherping in het 6e actieprogramma nitraatrichtlijn voor wat betreft de teelt van mais zijn loonwerkers, maistelers en adviseurs zoekende naar handvaten om het beter te doen. Na drie jaar blijkt dat we aan het begin staan van deze exercitie en is een vervolg hierop gewenst.

Dit project zal bijdragen aan een toekomstbestendigere maisteelt door het introduceren van verschillende (nieuwe) teeltmaatregelen en deze te integreren tot een nieuwe teeltstrategie voort te zetten. Deze maatregelen zijn gericht op het verbeteren van de bodemkwaliteit en lagere emissies van nutriënten en gewasbeschermingsmiddelen bij een minstens gelijkblijvende opbrengst op de langere termijn.

De diverse teeltmaatregelen worden samen gebracht in nieuwe teeltsystemen van mais op basis van inbreng van een grote groep maistelers, loonwerkers en erfbetreders (adviseurs en toeleveranciers) en in samenspraak met onderzoekers. Deze nieuwe teeltsystemen worden vorm gegeven op één locatie en als demonstratieveld aangelegd.
Dit centrale demoveld is het grote discussieplatform voor kennisoverdracht naar de doelgroep (maistelers, loonwerkers en erfbetreders).
Daarnaast zullen op diverse plaatsen in de provincie op praktijkpercelen van zogenaamde satellietbedrijven voorbeelden worden aangelegd van maatregelen die de maisteelt op dit specifieke bedrijf en in deze specifieke regio duurzamer/toekomstbestendiger maken. Dit zijn de regionale discussie en kennisoverdracht platformen, waarvan een olievlekwerking uit gaat naar de “buurtboeren”.

De nieuwe duurzame maisteelt geeft een minstens vergelijkbaar rendement als de huidige teelt maar draagt bij aan een betere bodemkwaliteit, minder inzet van gewasbeschermingsmiddelen, een hogere bodembiodiversiteit, vermindering van uit- en afspoeling van nutriënten en een rendabelere teeltwijze.