Fieldlab Composieten Onderhoud & Reparatie: Bouwen aan het DCMC

Op het snijvlak van Maintenance, innovatieve materialen en de luchtvaartsector, heeft Zuid-Nederland een uitstekende concurrentiepositie weten te veroveren. Om in de toekomst de concurrentiepositie uit te bouwen dient te worden geïnvesteerd in hoog-technologisch onderzoek in niches waar Zuid-Nederland het verschil kan maken. Het ‘Fieldlab Composieten Onderhoud en Reparatie: bouwen aan het Development Center for Maintenance of Composites (DCMC)’, moet dé plek worden waar inspectie en reparatie van composiet materiaal samengebundeld wordt. In het al sterk ontwikkelde fysieke kristallisatiepunt in Woensdrecht, komen de meest beeldbepalende spelers op dit terrein samen om het DCMC project vorm te geven.

Dit project speelt in op drie belangrijke ontwikkelingen en economische kansen:
• Het toenemend gebruik van composiet materiaal in tal van toepassingen, waaronder de aerospace, automotive, maritieme industrie, bouw, energie (windmolens) en infrastructuur.
• De ontwikkeling van nieuwe technologische toepassingen in de maintenance sector rond inspectie- en reparatietechnologie;
• De economische concurrentiepositie van Zuid-Nederland op het terrein van hoogtechnologische maintenance toepassingen in de luchtvaartindustrie.

De proeftuinconstructie zorgt voor het systeemversterkende effect. Zonder slimme inspectie geen goede reparatie. Door de beste partners op het terrein van fundamenteel onderzoek (NLR, TUDelft), te combineren met industrieel onderzoek en experimentele ontwikkeling van het bedrijfsleven (Fokker Services, Airborne Services, TiaT, Dutch Terahertz, Damen Shipyards), wordt een nieuwe innovatiecluster ontwikkeld. Om deze centrale netwerk-, onderzoeks- en innovatiefaciliteit vorm te geven, is Stichting DCMC opgericht. Deze gaat het cluster exploiteren richting de toekomst, door innovatief MKB te combineren met de kennis van toekomstig toetredende OEM-ers. Met de steun van onder andere BOM en REWIN, wordt gewerkt aan het aantrekken van nieuwe spelers voor het cluster, zodat een mondiaal onderscheidende concurrentiepositie wordt ontwikkeld.

De weg naar versterking van het innovatiesysteem is typerend voor de luchtvaartsector. De markt kent een klein aantal spelers met een jarenlange reputatie in de markt. Zonder deze organisaties heeft systeemversterking geen nut. Daarnaast is de markt voor luchtvaart, en alle aanpalende sectoren (materialen, maintenance), zeer hoog-technologisch van aard. Zonder uitvoerig fundamenteel onderzoek en industriële ontwikkeling is geen certificering mogelijk. En zonder deze kennis en werkwijze, is het cluster niet interessant voor internationale toonaangevende bedrijven in de luchtvaart. Het F35 dossier toont dit aan. Het is ook daarom dat het partnership zich in dit project vooral manifesteert op het terrein van fundamenteel onderzoek en industriële ontwikkeling. Het Fieldlab neemt de gehele ‘wasstraat’ mee, van inspectie tot preparatie en reparatietechnologieën, en de uitwerking daarvan op diverse composiet structuren. Daar waar andere clusters in Nederland en daarbuiten zich vooral richten op het ontwikkelen van het composiet materiaal, is dit Fieldlab gericht op het onderhoud daarvan.

De toekomstige business case is sterk. In het projectplan wordt een duidelijk cijfermatig onderbouwde niche geportretteerd waar het partnership op inspeelt. Het gaat dan onder meer om:
• Een toekomstige ‘wasstraat’ / ‘one-stop-innovation-shop’, waarbij diverse inspectie- en reparatie technieken gelijktijdig in ontwikkeling zijn. Desintegratie van reparatie enerzijds, en inspectie anderzijds, heeft onvoldoende effect op de markt;
• Een toepassing in de luchtvaart, maar ook met cross-over mogelijkheden naar andere markten (hier de maritieme sector, maar ook de automotive, infrastructuur en bouw);
• Een sterk verdienmodel dat een aantal toonaangevende founding fathers kent, en een goed verdienmodel bouwt voor de periode na subsidie (als het onderzoek is verricht);
• Het beschikbaar stellen van kapitaalgoederen, machines en materialen voor testing;
• Een ontwikkelvehikel dat het mogelijk maakt om op termijn meerdere partijen aan te sluiten die op dit terrein actief zijn, en het cluster en de concurrentiepositie versterken.

De partners zijn verspreid over het land, maar de effecten komen ten goede aan het programmagebied. Toonaangevend willen zijn op mondiaal niveau, vraagt om spelers die dat waar kunnen maken. Deze zijn verbonden aan DCMC. De doelstelling van de proeftuin is om continu innovatie projecten te ontwikkelen op het gebied van inspectie en reparatie van composiet materiaal. Hiermee wordt het fieldlab DCMC het toonaangevende cluster in de wereld voor composietreparaties en presenteert Zuid-Nederland zich hiermee als topspeler in het MRO-veld.

 

Publicatie:
Website Rewin d.d. 15-03-2018

Projectinformatie

Programma:Subprogramma
1B1
Prioriteit
Versterking regionale innovatiekracht (1B1)
Regio
Noord-Brabant
Projectlocatie
HOOGERHEIDE
Startdatum:
01-03-2017
Einddatum:
29-02-2020

Begunstigde:

Begunstigde:
Stichting DCMC
Adres:
Aviolandelaan 31, HOOGERHEIDE
HOOGERHEIDE
Nederland
Partner(s):
Stichting DCMC; Fokker Services BV; Airborne Services; NLR; TiaT Europe b.v.; Dutch Terahertz Inspection Services BV; Damen Schelde Naval Shipbuilding; Technische Universiteit Delft; REWIN Projecten BV; BOM; Specto Services B.V.

Financiering

EU (EFRO)
€ 1.966.645
Noord-Brabant:
€ 842.848
Overig :
€ 2.010.080
Totaal publiek:
€ 4.819.573
Totaal privaat:
€ 1.145.432
Totale subsidiabele kosten:
€ 5.965.004

Statistieken

Totale subsidiale kosten

Totaal publiek