Belangrijke uitspraak: Raad van State keurt overstap naar loting bij MIT-subsidie goed

Stimulus Programmamanagement mocht overstappen van first come first serve naar loten, nadat de webportal voor het indienen van subsidieaanvragen niet naar behoren bleek te werken. De Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State, keurt in deze situatie het wijzigen van de verdeelsystematiek van first come first serve naar loting goed.

Zij oordeelt, dat toepassing van het rechtszekerheidsbeginsel in deze situatie zou leiden tot een inbreuk op het gelijkheidsbeginsel en op de rechtsnorm die er toe strekt, dat bij verdeling van schaarse subsidiemiddelen aan (potentiële) gegadigden op enigerlei wijze ruimte moet worden geboden naar deze beschikbare subsidiemiddelen mee te dingen.

Op 10 mei 2016, de eerste dag van de openstelling 2016 van de Subsidieregeling ‘MKB innovatiestimulering topsectoren Zuid-Nederland 2015 voor innovatieadviesdiensten en haalbaarheidsprojecten’, zat een groot aantal aanvragers vroeg in de nacht klaar om als eerste hun subsidieaanvraag in te dienen en zo een hoge ranking te bemachtigen. Subsidie zou verdeeld worden op basis van de verdeelsystematiek first come first serve.

Enkele aanvragers lukten het ook om hun aanvraag zoals gewild in te dienen, maar het overgrote deel van de aanvragers lukte het niet om in te loggen in de webportal of om na ingelogd te zijn, vanuit de webportal hun aanvraag te verzenden.

Omdat de belangstelling voor de subsidie enorm groot was en verwacht werd dat 10 mei het subsidieplafond zou worden overschreden, heeft Stimulus Programmamanagement om 12:00 besloten dat rangschikking zou worden bepaald door middel van loting door een notaris. Dit is direct kenbaar gemaakt in een bericht op de webportal en op de website van Stimulus Programmamanagement. Alle aanvragers die er niet in slaagden hun project via de webportal in te dienen, konden hun aanvraag op 10 mei tot uiterlijk 23:59 uur per e-mail indienen, of persoonlijk afgeven of laten bezorgen bij Stimulus Programmamanagement. Uiteindelijk zijn er 246 digitale aanvragen ontvangen.

De Subsidieregeling voorzag niet in de mogelijkheid om in deze situatie te loten. Daarom is de regeling met terugwerkende kracht gewijzigd, om het loten alsnog van een rechtsgrondslag te voorzien. De Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State, keurt in deze situatie het wijzigen van de verdeelsystematiek van first come first serve naar loting goed.

In het Nederlands recht geldt een rechtsnorm, die er toe strekt dat bij de verdeling van schaarse vergunningen door het bestuur op enigerlei wijze aan (potentiële) gegadigden ruimte moet worden geboden om naar beschikbare vergunning(en) mee te dingen. De rechtsnorm is gebaseerd op het gelijkheidsbeginsel dat in deze context strekt tot het bieden van gelijke kansen. De rechtbank heeft terecht geoordeeld dat deze rechtsnorm ook in de hier aan de orde zijnde situatie van toepassing is, omdat sprake is van verdeling van schaarse subsidiemiddelen.

Uit het rechtszekerheidsbeginsel vloeit voort dat de regels voor het verdelen van de subsidie voorafgaand aan het aanvraagvlak vastgesteld en bekendgemaakt dienen te worden. Een wijziging met terugwerkende kracht past daar niet in. In dit geval zou de onverkorte toepassing van het hier aan de orde zijnde rechtszekerheidsbeginsel evenwel een inbreuk inhouden op het gelijkheidsbeginsel zoals hierboven omschreven.

Stimulus Programmamanagement heeft door de gekozen wijze van loting in overeenstemming gehandeld met de rechtsnorm, dat bij verdeling van schaarse subsidiemiddelen aan (potentiële) gegadigden op enigerlei wijze ruimte moet worden geboden naar deze beschikbare subsidiemiddelen mee te dingen.

Omdat op 10 mei 2016 het subsidieplafond dreigde te worden overschreden was het tijdstip van indienen van cruciaal belang. Bij de verdeling van de subsidiemiddelen kon echter niet meer van de volgorde van binnenkomst worden uitgegaan, omdat aanvragers door technische problemen van de webportal geen invloed hadden op het door hen gewenste tijdstip waarop zij de aanvraag wilden indienen. De geregistreerde indieningstijdstippen gaven daarom geen goed beeld van de rangschikking die zou zijn ontstaan indien de webportal naar behoren had gefunctioneerd.

Doordat geen eerlijke rangschikking op basis van de volgorde van binnenkomst beschikbaar was die recht deed aan het beginsel van gelijke kansen voor alle aanvragers, kon niet worden vastgesteld welke aanvragers binnen het subsidieplafond zouden vallen. Het college is daarom terecht op de gekozen wijze van loting overgegaan. Daarmee hebben alle aanvragers weer gelijke kansen gekregen, aldus de Raad van State.

Vindplaats van de uitspraak: ABRvS 11 juli 2018, ECLI:NL:RVS:2018:2310